Even los van de tekst waaraan ik werk. 1 Mei moet het af zijn, mijn paper voor het congres in Berlijn. Het vlot best, maar het is wel lastig en het moet in het Engels natuurlijk. Even kort wat ik aan het schrijven ben...
Het thema van het congres is 'Freedom at work', over de verhouding tussen werken en vrijheid. Ik belicht dat (natuurlijk) vanuit mijn postmodern perspectief, dat van Gianni Vattimo. Een mooie gelegenheid om één werk in het bijzonder wat nader uit te pluizen: La Società Trasparente.
Daarin kijkt Vattimo naar de betekenis en de consequenties van de 'postmoderne conditie' (een term van Lyotard) van de samenleving. Eerder heb ik al eens wat dingen opgeschreven over het denken van Vattimo, maar in dit boek gaat hij diep in op de rol van de massa media voor de postmoderne samenleving.
Wat is het geval... De massa media hebben zich in de 20e eeuw gigantisch ontwikkeld. Schrijvers als Adorno dachten dat die media zich zouden ontwikkelen op een manier als beschreven in 1984 van George Orwell: daar wordt gesproken over 'Big Brother', een alles beheersend medium. Het past binnen het denken na de Tweede Wereldoorlog om een dergelijke pessimistische visie te ntwikkelen: technologie als middel om te komen tot een soort totale overheersing van het individu. Dat denken is het denken van de moderniteit, het streven tot beheersing van alles (technologie, wetenschap, maar ook de taal (bijvoorbeeld het Esperanto)). Na de overheersing door de religie volgde de overheersing door de techniek.
Vattimo ziet iets heel anders gebeuren: in plaats van een uniformisering van alles door de massa media, ziet hij een enorme uitbarsting van lokale waarheden. Minderheden krijgen een stem. Nietzsches uitdrukking dat er geen feiten bestaan, maar alleen interpretaties, wordt bewaarheid.
De wereld verliest haar metafysische fundamenten: waarheid is afhankelijk van het perspectief dat je inneemt. De wereld en de opvattingen erover worden nihilistisch. Vaarwel aan de waarheid (Addio alla verità) is tevens de laatste titel die Vattimo vooralsnog geproduceerd heeft (hoewel A-dio natturlijk ook kan betekenen 'aan God', wat weer past bij Vattimos terugkeer naar zijn religieuze roots).
Zelf denk ik dat Vattimo een punt heeft, zeker kijkend naar de nieuwe media: kijk maar hoe ik hier mijn eigen verhaal wereldkundig maak. Hoewel er maar weinig mensen zijn die mijn blog lezen, heb ik wel gelegenheid mijn mening te ventileren via de moderne media.
Daarin zit een eigen bijdrage aan het postmoderne denken over de massa media: Vattimo en anderen kijken vooral op een 'klassieke' manier naar de massa media (kranten, radio, televisie). Dat zijn media die informatie verzenden naar de massa. Professionele journalisten vertellen wat de massa zou moeten weten. Wat met de moderne media gebeurt is iets dat ik 'massa customization' van de massa media wil noemen. Dat is een begrip uit de marketing: Barbie, Lego en Nike doen het. Ze geven je als consument de gelegenheid je 'eigen' ontwerp te maken via internet, dat ze vervolgens voor je maken. Massaproductie, maar toch met een heel persoonlijk tintje. 'Mass customization' dus. Ik beweer dat de massa media dat ook hebben gedaan: men biedt platforms aan, waarop elk individu een eigen verhaal kwijt kan. Ook in de media lijkt het dus te bewegen in de richting van de combinatie tussen massaliteit en individualiteit.
Daarmee lijkt de postmoderne samenleving voluit tot ontplooiing te zijn gekomen: niet één waarheid, maar ontelbare waarheden. Chaos!
Maar, in die chaos liggen ontelbare mogelijkheden voor emancipatie, zo zegt Gianni Vattimo. In de Babylonische spraakverwarring krijgen mensen gelegenheid hun eigen taal te ontwikkelen.
De Babylonische spraakverwarring is trouwens de rode draad in mijn paper: de afloop is in mijn interpretatie positief. Het project van de moderniteit, in de mythe de Toren van Babel, dat streeft naar eenheid, naar het beheersen van alles, inclusief de mens zelf; dat project is om zeep geholpen. In plaats daarvan is er de situatie gekomen die aan het einde van de mythe wordt geschetst: de taal raakte verward en de mensen raakten verspreid over de hele wereld. De mens kon dat gaan doen wat hem of haar het beste ligt: ontdekken wat er allemaal te zien is in de wereld. Vrij zijn!
Die vrijheid kenmerkt ook de postmoderne samenleving: in plaats van de slavernij aan de grote waarheden (de pastoor of dominee die je vertelt welk handelen goed of slecht is) zijn de kleine, individuele verhalen gekomen. De mens heeft zelf de verantwoordelijkheid over de keuze tussen goed en slecht gekregen. Dat kan beangstigend zijn (was het immers niet angst die de mens in het verhaal deed besluiten de toren van Babel te bouwen?), maar het is tegelijk ook een fantastisch avontuur.
Maar ja, kan iedereen wel mee in die ontwikkelingen? Zullen er geen mensen buiten de boot vallen? Zal deze samenleving een nieuwe tweedeling tussen 'heren en slaven' tot gevolg hebben? Dat is de vraag waarmee ik mijn verhaal afsluit.
Of ze er in Berlijn in geïnteresseerd zijn merk ik volgende maand...
donderdag 7 april 2011
Abonneren op:
Posts (Atom)