donderdag 3 januari 2013

toch maar een stukje over de weigerambtenaar

Ik had het me zo voorgenomen: ik laat die weigerambtenaar links liggen. Maar toch, de discussie blijft lopen en het blijft toch ook mijn gedachten wat bezig houden. Dus toch enkele gedachten die ik bij het onderwerp heb...
De reformatorische zuil in Nederland ziet de meningsvorming over de weigerambtenaar als een onderdeel van een groter geheel, aangeduid met termen als relistress en, zo zag ik gisteren in Trouw, christenpesten. In die richting hoor ik ook dominees praten in het kerkje waar ik pleeg heen te gaan op zondagen. Je zou dus bijna denken dat je als christen wel van mening moet zijn dat de weigerambtenaar gedoogd behoort te worden. Dat al diegenen die ambtenaren van de burgerlijke stand hun bevoegdheden willen ontnemen bij 'dienstweigering' last hebben van relistress. Gun die ambtenaar zijn of haar ruimte. Toch?

Waarom denk ik er dan toch anders over? 

Stel je eens voor dat reformatorische partijen een grote verkiezingsoverwinning zouden halen. Moeilijk, maar toch, stelt je eens voor dat refo's het voor het zeggen krijgen in Nederland. Einde homohuwelijk, einde zondagsopenstelling van winkels en dergelijke, einde euthanasiewet.
Als ik dan naar de nieuwe machthebbers ga en vraag om ruimte, wat denkt u dat er gaat gebeuren. Toch een paar koopzondagen? Toch wat bepalingen rond euthanasie voor diegenen dat echt heel graag willen? 
Dus niet! Als de reformatorische mens het voor het zeggen krijgt, is er geen enkele ruimte voor andersdenkenden. Die ruimte hebben andersdenkenden moeten afdwingen via democratische weg. Het is of-of: of ik laat het zo en heb geen ruimte, of ik dwing ruimte af. 
Als we reformatorische logica zouden toepassen op de regelgeving rondom de ambtenaar van de burgerlijke stand, is er geen ruimte voor weigering.

Maar dan draait het ineens om... christelijke logica is niet dezelfde als reformatorische logica.
Mijn advies aan het COC en anderen: geef een lesje christelijke ethiek aan de reformatorische politici door juist wel ruimte te gunnen aan de weigerambtenaar. Pas de woorden van Jezus toe en vergeld geen kwaad met kwaad. Of, met een ander Bijbels woord: zegen degenen die u vervloeken.
'Beste weigerambtenaar. Hoewel ik weet dat er voor mij in uw ideale wereldje geen plaats is, gun ik u die in mijn wereldje wel.' 
Aldus zult u vurige kolen op zijn hoofd hopen... al vrees ik dat de plaat die sommigen voor het hoofd hebben zodanig is, dat de boodschap toch niet aankomt.