zaterdag 26 maart 2011

Nu gaat 't echt beginnen!

Gisteren twitterde ik 't al, dat mijn abstract is geaccepteerd. Ik kreeg een mail van de organisatie van het Ephemera-congres, dat in mei in Berlijn wordt gehouden. Het abstract is goedgekeurd, dus mag ik spreken op het congres. Misschien vraag je je af wat dat precies inhoudt... Eerlijk gezegd, ik ook, want het is de eerste keer dat ik een dergelijk congres bezoek.
Hoe het ook zij, van 11 tot 13 mei aanstaande wordt het congres gehouden. Voorafgaand daaraan werd een oproep gedaan om een korte samenvatting (abstract) in te sturen van een paper dat je wilt schrijven en presenteren. Dat heb ik dus gedaan en nu moet ik aan het werk. Want een samenvatting schrijven is één ding, een paper en presentatie in elkaar draaien - van een beetje niveau - is een iets heftiger prestatie.
Voor 1 mei moet dat ook klaar zijn. Dan vindt er na het congres weer een selectie plaats, en de beste papers worden dan in een bijzonder nummer van het tijdschrift geplaatst.
Voor anderen is het misschien de normaalste zaak van de wereld, voor mij is het voor het eerst. Best spannend dus. Maar wel een belangrijke stap op de weg naar m'n promotie en op de weg om me beroepsmatig ook filosoof te mogen noemen.
Nu m'n kop vrijmaken; de verplichtingen lopen natuurlijk door, op m'n werk, in de muziek. Om nog maar te zwijgen van allerlei andere gedachten en gevoelens die me bezig houden. Maar toch moet ik proberen ruimte te maken om een dijk van een paper te schrijven...
Het gaat nu echt beginnen! Shit, het gaat echt beginnen.

zondag 13 maart 2011

Een bescheiden feestje voor een organist

Dat was het wel vanmorgen. En dat op de eerste zondag van de 40-dagentijd. Dat is een heel ingetogen periode in het kerkelijk jaar. Desondanks was het een feestje. Ik was deze keer organist in de Gereformeerde Kerk van Waalwijk. Er werd in de dienst veel gezongen. Veel te doen voor mij dus...
Ondanks dat kostte het me niet of nauwelijks energie. Normaal moet ik me ongelooflijk concentreren om bij de liederen de mensen mee te krijgen. Dan ben ik na een dienst soms bekaf. Dat betekent niet dat er bijvoorbeeld in Waalwijk Centrum slecht gezongen wordt hoor, maar daar zit ik heel ver van de mensen af, boven op de galerij waar het orgel staat en moet ik me dus heel erg concentreren op wat er beneden gebeurt.
Vanmorgen kostte het spelen me dus helemaal geen energie, en dat heb ik al vaker ervaren als ik in deze kerk moet spelen. Ze hebben nauwelijks begeleiding nodig en zingen fijn mee. Ook nog netjes, dus niet van dat refo brulwerk, wat ik ook nog wel eens meemaak; zo van ''t hoeft niet mooi te zijn, als 't maar hard is.' Op zeker moment zat ik eigenlijk vooral te luisteren en speelde ondertussen gewoon mee.
Daarbij nog dat Otto (de predikant) er iets heel moois van had gemaakt en het kleine feitje dat enkele mensen hun waardering uitspraken over wat en hoe ik speel en het feestje was vanmorgen echt compleet.

Nu eens een paar keer geen zwaar geblog, maar gewoon een inkijkje in het leven van een kerkmusicus.