donderdag 5 november 2009

Terwijl ik Nietzsche lees...

Tragische persoon - of was je een profeet?
Jij zag een nieuwe mens - de bovenmens
een overwinnaar van de oude
de oude mens, misleid door beelden van een werkelijkheid boven de onze.

Er is niets boven deze wereld, buiten de dingen om ons heen,
God is dood...
er is alleen voortgang, blinde doelloze voortgang
en inzicht door wetenschap
inzicht in natuur, ook de menselijke natuur. Moraal heeft afgedaan, moet worden omgekeerd.

Je riep jouw boodschap
niemand hoorde je
niemand wilde je horen
jouw boodschap kwam te vroeg
komt nog steeds te vroeg, hoewel jij dacht dat je na honderd jaar wel zou worden begrepen

optimist.

waarom eigenlijk
waarom luisterden de mensen niet?

Zal ik het zeggen... de mensen waren bang.
de mensen zijn nog altijd bang.
Hoe zou het ook anders kunnen,
wat doemt er op achter jouw denken,
anders dan Wille zur Macht, struggle for life.
Een strijd van allen tegen allen, waar slechts zij overleven
die sterk zijn, verlost van wat jij noemt, de christelijke slavenmoraal.
verlost van de zwakte van medelijden, van hulp aan het kwetsbare.
Dat is uiteindelijk waarvan de mens moet worden verlost.

Jij zag de schaduw ook
van jouw inzicht; een onbestemde toekomst
de weg die jij voorstelde was geen vrolijke weg, geen weg naar een heilstaat.
Desondanks noemde jij het noodzaak, ongeacht de consequenties.

was het de angst voor die schaduw
die maakt dat men niet luister wil
de angst voor het niets, het nihil...
de inktzwarte diepte van de vrijheid.
Van het werkelijk op eigen benen staan.

Mensen luisterden niet
dus schreeuwde je harder
steeds harder.
Jij was de filosoof met de hamer,
steeds harder sloeg je op jouw aambeeld,
zonder dat mensen opkeken, zonder dat jij het staal kon smeden wat je voor ogen had.
Jij wilde Siegfried zijn; Hij die de angst niet kende en daarom Nothung smeden mocht.
Maar was jij niet eigenlijk Mime? die het probeerde, maar faalde, steeds opnieuw.
Heeft Wagner dat gezien, en haatte je hem daarom?

Je schreeuwde, tot het meer krijsen leek,
tot je werd ingehaald door het spookbeeld van je profetie.
Je foeterde tegen de christenen, vanwege hun verdomde medelijden, vanwege hun verheerlijking van het zwakke.
Jouw übermensch zou dat overwinnen!

Maar toen, het was in januari 1889, zag je op straat een paard
iemand mishandelde het, en toen werd alles donker.
Je stortte in, en huilend, je armen om de hals van het dier geslagen
werd je zèlf de christen, die je zo hartgrondig had gehaat.
de medelijdende, die het zwakke omhelzen wil.

En jouw Übermensch?
Die is misbruikt, verkracht door die na jou kwamen.
Of is dat juist wat je zag?
Zag jouw geestesoog hem die Auschwitz bouwde?

En werd toen in jouw waanzin alles stil...

Geen opmerkingen:

Een reactie posten